IoT-sensoren maken het werk voor schoonmakers makkelijker
Slimme Internet of Things-sensoren kunnen schoonmakers helpen bij het bepalen waar ze hun tijd het beste kunnen besteden. Dat meldt het Financieele Dagblad. Zo zijn de toiletten bij advocatenkantoor Baker & McKenzie op de Amsterdamse Zuidas volgestopt met sensoren die doorgeven welke toiletrollen vervangen moeten worden en of de zeep bijgevuld dient te worden. Daardoor hoeven schoonmakers niet langer elke toiletrolhouder open te maken, wat tijd bespaart.
In die tijd kunnen medewerkers andere werkzaamheden doen, zoals het bijvullen van printerpapier of het reinigen van de koffieautomaat. Het idee is dat er daardoor minder facilitaire diensten langs hoeven te komen bij een kantoor. Ook kan verspilling worden tegengenaan. Zonder sensoren worden zeepverpakkingen vaak al vervangen als ze pas halfleeg zijn.
Schoonmaakbedrijven denken bovendien dat sensoren kunnen helpen bij het verbeteren van de werkomgeving. "Door de luchtkwaliteit, luchtvochtigheid, CO₂ en lichtintensiteit te meten, kun je mogelijk het ziekteverzuim gaan managen," zegt innovatiemanager Kos Fourkiotis van schoonmaakbedrijf CSU. "Uiteindelijk willen we toe naar een ‘adaptive building’: een gebouw dat zelf een raampje openzet als er te veel CO₂ is."
Meer dan alleen sensoren
Volgens concurrent Asito is alleen sensoren in vuilnisbakken stoppen niet genoeg. De verzamelde informatie moet vervolgens op een bruikbare manier naar de werkvloer gebracht worden. Het bedrijf heeft daarvoor een app ontwikkeld waarmee schoonmakers kunnen zien welke taken er in hun buurt nog gedaan moeten worden. Zo kan de dichtstbijzijnde medewerker naar een taak gestuurd worden.
Meer weten over Huawei en Internet of Things? Klik hier.